### Potentiële besparingen voor de RVA bij centralisatie van de uitbetaling
De RVA betaalt momenteel vergoedingen aan de uitbetalingsinstellingen (vakbonden en HVW) voor hun administratieve kosten bij de uitbetaling van werkloosheidsuitkeringen. Deze vergoedingen zijn geregeld in het Koninklijk Besluit van 16 september 1991 (KB 1991), dat formules bevat gebaseerd op het aantal uitbetaalde dagen en de werkloosheidsgraad. Er is een ontwerp KB voor aanpassingen in 2023-2024 om de financiering te stabiliseren bij dalende werkloosheid, maar exacte bedragen per dag zijn niet publiek gespecificeerd in recente bronnen (typisch ca. 1-1,5 euro per dag, geïndexeerd met de spilindex van ca. 2% in 2025).
Bij centralisatie (RVA neemt alles over) zou de RVA deze vergoedingen kunnen schrappen, wat leidt tot besparingen. Echter, de RVA zou dan eigen kosten hebben voor personeel, IT en infrastructuur. Op basis van beschikbare data schat ik de besparing als volgt:
#### Huidige kosten (vergoedingen aan instellingen)
- **Aantal uitkeringsgerechtigden**: Ca. 287.000 volledig werklozen (maandelijks gemiddelde 2024-2025).
- **Gemiddeld uitbetaalde dagen per persoon per maand**: Ca. 20 dagen (uitkeringsgerechtigden zijn beschikbaar voor werk, maar uitkeringen dekken werkdagen minus weekenden).
- **Totaal uitbetaalde dagen per maand**: Ca. 287.000 × 20 = 5,74 miljoen dagen.
- **Vergoeding per dag**: Ca. 1,2 euro (indicatief gemiddelde uit recente analyses; exacte formule in KB 1991: afhankelijk van werkloosheidsgraad, bijv. bij dalende graad een gestabiliseerde formule).
- **Maandelijkse kosten**: Ca. 5,74 miljoen × 1,2 euro = € 6,89 miljoen.
- **Jaarlijkse kosten**: Ca. € 82,7 miljoen (inclusief tijdelijke werkloosheid, die ca. 10-20% toevoegt; totaal budget schatting 2023-2024: 50-80 miljoen euro).
Dit is een ruwe schatting; het werkelijke budget is lager omdat formules niet lineair zijn en de HVW (neutraal) geen ideologische diensten toevoegt.
#### Potentiële besparingen bij centralisatie
- **Directe besparing**: Volledige stopzetting van vergoedingen: ca. **€ 70-80 miljoen per jaar** (gebaseerd op 2023-cijfers, aangepast voor index 2025).
- **Netto besparing**: Na aftrek van RVA-interne kosten (geschat 50-70% van huidig budget, door schaalvoordelen en digitalisering): ca. **€ 30-50 miljoen per jaar**. Dit is speculatief, want officiële studies ontbreken.
- **In de supernota N-VA (2024)**: Centralisatie wordt voorgesteld voor neutraliteit en efficiëntie, maar geen specifiek besparingsbedrag vermeld. De nota focust op bredere hervormingen (beperking duur uitkeringen tot 2 jaar, wat 1-2 miljard bespaart op totale uitkeringskosten), met extra druk op OCMW's (ca. 90.000 extra leeflonen, kostend € 700 miljoen; slechts € 200 miljoen gecompenseerd). Centralisatie zou OCMW-lasten indirect verlichten door snellere doorstroom.
#### Voordelen en risico's
| Aspect | Voordelen centralisatie | Risico's/nadelen |
|--------|--------------------------|------------------|
| **Financieel** | Schrappen vergoedingen; lagere overhead door één instelling. | Opstartkosten (IT, personeel: ca. € 20-30 miljoen initieel). |
| **Efficiëntie** | Minder dubbele administratie; betere data-uitwisseling met VDAB/Actiris. | Verlies persoonlijke dienstverlening vakbonden (advies, jobhulp). |
| **Politiek** | Neutraler systeem; minder 'vakbondsmacht'. | Verzet vakbonden; ideologisch geladen debat. |
Centralisatie is al gepleit door N-VA en experts voor transparantie, maar niet geïmplementeerd (verwijderd uit supernota onder druk CD&V/Vooruit). Voor exacte cijfers: raadpleeg RVA-begroting of Federaal Planbureau. Als hervorming doorgaat (post-2025), kan dit deel uitmaken van bredere besparingen op sociale zekerheid (€ 23 miljard totaal in supernota).